Auto ter beschikking van beide echtgenoten

Categorieën
Auto ter beschikking van beide echtgenoten

Als een werkgever aan een werknemer een auto ook voor privédoeleinden ter beschikking stelt, moet een bijtelling plaatsvinden bij het loon van de werknemer. De bijtelling bedraagt op jaarbasis 22% van de cataloguswaarde van de auto. Een bijtelling blijft achterwege als overtuigend wordt aangetoond dat met de auto op jaarbasis niet meer dan 500 kilometer privé wordt gereden.

Als in een jaar verschillende auto’s achtereenvolgens ter beschikking zijn gesteld, wordt het privégebruik van de achtereenvolgens ter beschikking gestelde auto’s samengeteld om te beoordelen of de grens van 500 kilometer is overschreden.

Hof Den Haag heeft onlangs geoordeeld in een bijzondere casus. Twee echtgenoten waren in dienst bij dezelfde werkgever. Aan beide echtgenoten werd een auto ter beschikking gesteld. De aan de man ter beschikking gestelde auto (auto 1) werd niet privé gebruikt; de aan de vrouw ter beschikking gestelde auto (auto 2) wel. De vrouw overleed in het jaar 2019. De man leverde auto 1 in bij de werkgever en reed vanaf 1 augustus met auto 2. De werkgever paste de bijtelling voor privégebruik van auto 2 vanaf die datum toe op het loon van de man. De man beschikte van 1 januari 2019 tot en met 31 juli 2019 over een "verklaring geen privégebruik" en hield een rittenregistratie voor auto 1 bij. Door het privégebruik met auto 2 vanaf 1 augustus 2019 werd de grens van 500 kilometer op jaarbasis overschreden. De Belastingdienst legde een naheffingsaanslag loonheffing op aan de man vanwege de niet toegepaste bijtelling privégebruik voor auto 1 over de eerste zeven maanden van het jaar. Het beroep om met toepassing van de hardheidsclausule de bijtelling voor auto 1 achterwege te laten is door de staatssecretaris afgewezen.

Onder verwijzing naar een arrest van de Hoge Raad uit 1978 oordeelde het hof dat in dit geval sprake was van de terbeschikkingstelling van auto 1 aan beide echtgenoten. Beiden hadden de mogelijkheid om auto 1 te gebruiken, maar zij hadden afgesproken om auto 1 uitsluitend te gebruiken voor woon-werkverkeer. Volgens het hof is de auto in gelijke verhouding aan beide echtgenoten ter beschikking gesteld. Het hof heeft de naheffingsaanslag verminderd.

Bron: Gerechtshof Den Haag | jurisprudentie | ECLINLGHDHA20229, BK-21/00360 | 12-01-2022

Categorieën